Archie, de man van staal

archieOp de Coral Rubrum hadden we een steward, een Indonesier van wie ik de naam niet meer herinner, met een roestvrijstalen glimlach…
Hij had al zijn tanden laten trekken, en kronen laten plaatsen van glimmend staal, ik noemde hem daarom “ARCHIE, de man van Staal, zoals de stripheld uit mijn jeugd.
De Steward begreep die naam niet echt, en hij glimlachte dan maar wat schaapachtig, en liet dan zijn glimmende stalen gebit zien.
Nu was deze steward niet echt vlot in bedienen, en je moest hem in het Maleis (Indonesisch) aanspreken, als je iets vlug gedaan wilde hebben. Hij had ook de slechte gewoonte wanneer hij schalen eten op tafel zette, hij de schalen zodanig krampachtig vast hield, om ze niet te laten vallen, dat zijn duim in het eten zat. De 1e stuurman heeft vele tevergeefse pogingen ondernomen om hem van deze gewoonte af te helpen.

Gebakken Trassi;
trassie
Nu had je op de Coral Rubrum in de officieren messroom een pantry, welke pantry een verbinding met de kombuis had d.m.v. een doorgeefluik. Tijdens een pikheet in de messroom kwam de kok ons een keer pesten om met een braadpan met dampende Trassi binnen te komen. Trassi, een gedroogde en gefermenteerde garnalen pasta, stinkt op zich al hevig, en stinkt onverdraagzaam intens zodra je het begint te bakken.
Na het gewenste succes, wou de kok de pan terug in de kombuis zetten, en hij begaf zich in de pantry om de pan door het doorgeefluik te schuiven. maar ´Bad Luck´ een van de machinisten was stiekum de kombuis ingelopen, en gooide het luik snel dicht, voordat de kok zich van zijn stinkende pan had verlost. Aan de andere kant sloot een andere WTK de deur van de pantry, zodat de kok opgesloten zat in de kleine pantry met zijn eigen stinkende trassi. Ze hebben hem zeker vijf minuten laten genieten van de sterke trassi dampen.

Ja Pappa;

Op een gegeven moment voeren we met een leuke groep jonge gasten op de Coral Rubrum, 3e stuurman, 3e WTK, assistent WTK en mijzelf, allemaal gasten van begin 20. Nu was de 2e Stuurman een ouder heerschap van achter in de vijftig, een rasechte Amsterdammer. En je kunt je voorstellen dat iemand die na 30 jaar varen nog maar steeds 2e stuurman is, een beetje gefrustreerd is in het systeem. Hij had een mooie blonde vrouw, en ook nog vrij jonge kinderen, die als we een Nederlandse haven aandeden aan boord kwamen. Nu werd hij weleens in de maling genomen, en dan reageerde hij altijd furieus in plat Amsterdams, en liet merken dat hij daar niet van gediend was. Nu was onze 3e WTK ook een Amsterdammer, ongeremd en spontaan in zijn reacties. Nu hadden die twee Amsterdammers vrijwel continu heibel, voornamelijk aan tafel tijdens de maaltijden. Wij zaten aan de lage-druk tafel, gescheiden van de hoge druk. Tijdens een ochtend aan het ontbijt was het weer zover, en waren ze weldra in een dispuut verwikkeld, de 2e stuurman die een einde wou maken aan de discussie zegt, Jongen, ik had je vader wel kunnen zijn, of met andere woorden, een beetje respect s.v.p. De 3e WTK, gaf onmiddelijk antwoord; Ja Pappa. Iedereen schiet in de lach en de 2e Stuurman begrijpt dat hij deze keer weer een keer de verliezer is in de discussie, en loopt kwaad de messroom uit.

opblaaspop.bmpOngestelde Mien;

De Indonesische bemanning had hun verblijf tegen de machinekamer aan liggen, met twee gangen, één aan stuurboord, en één aan bakboord. Halverwege de dienstgang had je een douche/toilet voor algemeen gebruik voor de bemanning. Nu kwam ik daar nooit zo vaak, maar op een gegeven moment werd ik door een van de machinisten gevraagd om eens een kijkje te gaan nemen. Hij liet me de douche-toilet ruimte zien, en daar stond een opblaaspop, klaar voor gebruik, alhoewel bij nadere beschouwing misschien niet zo klaar voor gebruik. Wat hadden die WTK´s nou geflikt ? Ze hadden tomaten-ketchup op haar intieme delen gesmeerd en een bordje rond haar nek gehangen;

“niet gebruiken s.v.p. ongesteld” ….

Tankeritus;

Op lange oversteken, of na een sequentie van slechte stap-havens, begonnen sommigen aan boord zich enigszins geprikkeld of raar te gedragen. Cowboytje spelen, was dan nog een van de meest onschuldige ´spelletjes´. Er waren gasten die zich in hun hut opsloten, met alleen de bijbel of met een fles jenever als gezelschap. Geen van beide verschijnselen zijn goed, van de één krijg je op den duur lever-cirrose en van de ander godsdienst waanzin. Ik heb beide soorten ´gevallen´ meegemaakt, en is de minder prettige kant van het varen.

Ook hadden we een 1e Stuurman die helemaal gek was van het uitvoeren van sloepenrol, brandrol en man-over-board manoeuvres, en andere oefeningen.
Nu zijn dit soort exercities behalve tijdrovend, een onaangename onderbreking van de dagelijkse routine, en niet geliefd bij de meerderheid van de opvarenden. Hij had ook de slechte gewoonte om ongecontroleerd op allerlei knoppen te drukken in de controle kamers, waardoor pompen aan- en afgeschakeld werden, en vaak alarmen afgingen, waardoor de machinist van wacht weer moest opdraven. Hij was dan ook minder geliefd bij het machinistenvolk.

Anekdote Amsterdam;

We lagen in Amsterdam en ik ga met de tram, waarschijnlijk richting RAI, de tram zit aardig vol, en er komt een zwaar opgemaakte dame de tram binnen. Hoogstwaarschijnlijk werkt ze ergens op de walletjes, aan haar uitdagende kleding te zien. Ze kijkt wat rond voor een zitplaats, maar er is geen enkel plaatsje vrij, ze loopt verder naar achteren waar ze een jochie van een jaar of tien ziet zitten. Ze zegt tegen hem, “zou je niet eens opstaan voor een oudere dame ?” Het jochie kijkt op, bekijkt haar voor een aantal ogenblikken en zegt dan; “schilderijen horen te hangen, niet te zitten ” de dame in kwestie is zo verbouwereerd, dat ze geen reactie heeft, en noodgedwongen moet blijven staan.

De fotograaf gepakt;

Op de “Coral Rubrum” hadden we vaak een middag-borrel in de hut van één v/d officieren, want de messroom was niet zo gezellig. De machinisten liepen in dagdienst, dus tijdens de borrel waren vaak alle  WTK´s aanwezig maar ook de 1e en 3e Stuurman en mijzelf. Dit verhaal speelt zich af in de hut van de hoofd-WTK, een west-Brabander die ook een tijdje aan de wal gewerkt had. Zo drinken we elke dag een biertje of twee voor de lunch, en in het weekend tijdens een oversteek dronken we wat meer. Tijdens zo´n borreluurtje (duurde meestal maar een halfuurtje) werden er vaak moppen getapt, sterke verhalen verteld, of werd er gespeculeerd over nieuwe bestemmingen en werd er geroddeld over andere opvarenden en dan met name Kapiteins.
Tijdens het borreluur had ik mijn camera bij me, en het onderwerp ging die dag over camera´s en foto´s e.d.

Ik vertelde een anekdote welke op het internaat van de zeevaartschool had plaatsgevonden. Dat één van onze huisgenoten zijn camera in de woonkamer van het huis had laten liggen, met een filmpje in het toestel. Wij hadden die camera gepakt en diverse foto´s gemaakt van drie huisgenoten die met hun rug naar de fotograaf gekeerd, hun broeken hadden laten zakken. Het werden dus min of meer anonieme foto´s van drie achterwerken. De grootste lol hadden we bij de voorbereiding en uitvoering van de grap, maar we zouden graag het gezicht willen zien, op het moment dat hij zijn foto´s bij de fotograaf zou gaan afhalen.

Er gaan nog wat sterke verhalen over en weer en na de biertjes dalen we af naar de messroom voor de warme hap en vergeet mijn camera in de hut van de HWTK. Nu kun je wel raden natuurlijk wat die ´flikkers´ met mijn camera hebben uitgespookt. Eenmaal in de haven aangekomen in de Verenigde Staten, laat ik mijn filmpje ontwikkelen. Na nog twee uur door de shopping Mall gelopen te hebben ga ik mijn foto´s afhalen en zie allemaal mooie naakte dames op mijn foto´s. Ik sta te piekeren, waar in hemelsnaam heb ik die foto´s gemaakt ? en kan het me niet herinneren. Zodra ik aan boord terug kom, heb ik het lek boven water, het zijn pin-ups uit de Playboy die bij één v/d WTK´s in zijn hut hangen. Potverdomme, hebben me ze me dan toch te pakken gehad.

Eten, niet om te eten

Op de Coral Rubrum hadden we vaak Kapiteins die de directe concurrentie voor het zo laagst mogelijke voedingscijfer onbeschaamd aan gingen, wat dus goed te merken was aan de kwaliteit van de dagelijkse hap. Vaak werd er bezuinigd op verse groenten, fruit, en extraatjes, zoals kaas, vleeswaren, yoghurt, ijs, e.d.
Alsof dit fenomeen al niet genoeg was, gebeurde er nog iets met het eten wat langdurige gevolgen had voor de smaak daarvan. Als voorbereiding op een storm, had de 1e stuurman een aantal jerrycans sterk geconcentreerd schoonmaakmiddel in de droge ´store´ gezet, omdat hij bang was dat ze in het verfhok kapot zouden stoten tegen verfblikken of ander zwaarder materiaal. Nu lag de droge ´store´ naast de koelruimtes, waar vlees, boter, kaas, melk, eieren, en andere bederfelijke victualiën lagen opgeslagen. Tijdens de hevige storm, sloegen de jerrycans alsnog kapot en liep het sterke geconcentreerde schoonmaakmiddel door de droge ´store´ en kwam ook gedeeltelijk in de koelcelllen terecht via een openstaande ´drain´ (afvoer ?)
Dit had tot onmiddellijk en desastreus effect dat alles, maar dan ook alles naar dat chemische goedje smaakte. De Kapitein weigerde het voedsel te laten afvoeren, en we hebben weken, jawel, maanden lang die chemische troep moeten eten. Het was zelfs zo erg, dat nadat ik afgelost werd, na een twee maanden weer aan boord kwam, sommige zaken nog steeds de chemische smaak bevatte.


De bodybuilder;

Onze 3e WTK was een grote gespierde vent, die moeite deed om zijn atletische gestalte in vorm te houden. Nu hadden we aan boord van de “Coral Rubrum” geen fitness ruimte, of andere manieren om aan sport te doen. Het enige sport-toestel wat we aan boord hadden, was een tafelvoetbalspel, welke in de messroom van de bemanning stond opgesteld. Ik speelde daar vrijwel elke avond na het avondeten een potje tafelvoetbal, en won dat ook regelmatig van de o zo fanatieke Indonesiërs.

Enfin, Hans de derde WTK had in de Verenigde Staten, bij Sears, een uit koorden, ijzeren veren en beugels bestaand trainings-apparaat gekocht, waar hij zijn atletische gestalte mee in vorm zou kunnen houden. Nu moesten wij dat aan boord natuurlijk eens uitproberen.

Wie is wij? Hans de derde machinist, Herman de assistent en ik de R/O, waarvan ik de kleinste en lichtste was met mijn 1,83 en 80 kilo. Herman was zeker 1,90 en woog denk ik een 90 kilo, Hans zat daar net tussenin 1,86 en zo´n 85 kilo schoon aan de haak.

Het apparaat moest ergens aan vastgemaakt worden, en Hans had daar de bovenkant van zijn hut-deur voor uitgekozen. Herman, de lange blonde en spierwitte tukker zou de eerste exercities voor zijn rekening nemen.

Hans had de gebruiksaanwijzing in zijn hand, en Herman spande de beugels, aan zijn voeten en handen, en volgde de instructies nauwgezet op. Hij strekte zijn spieren en begon de voorgestelde oefeningen plichtsgetrouw uit te voeren. De stalen veren werden keer op keer tot het uiterste uitgerekt. Herman zag eruit alsof hij een proefvlucht met een deltavleugel zou gaan maken. Hij zag er, als het ware, uit als een grote witte ooievaar, met zijn witte t-shirt en zwart sportbroekje, en zijn lange en spierwitte armen en benen.

Ik moedigde Herman aan, om nu niet halfslachtig te werk te gaan, maar om zijn spieren nu eens echt te belasten. Herman deed dit, met zijn 1,90 en 90 kilo, en het apparaat en de koorden begon gevaarlijk te trillen, en plotsklaps….. PANG, alsof er een geweer werd afgeschoten, viel Herman op de grond, al kronkelend tussen de koorden, beugels en stalen resten van het apparaat.

Toen we geconstateerd hadden dat Herman niks mankeerde moesten wij lachen natuurlijk, maar Hans was pissig, omdat hij zijn apparaat in stukken op de grond zag liggen, terwijl hij het apparaat nog maar net uit de doos had gehaald. Wij adviseerden hem aan een klaagbrief naar de fabrikant te sturen, omdat die vergeten was “niet geschikt voor scheeps-gebruik” op de verpakking te laten zetten. Een paar dagen later kon ook Hans, de eigenaar van het toestel, om het hele gebeuren lachen.

Plaats een reactie